¡YA ESTAMOS EN FALLAS!

Het laatste weekend van februari was het dan eindelijk zo ver, de aftrap van de Fallas! Als je aan Valencia denkt, denk je aan de Fallas.  In de stad zullen er honderden levensgrote kunstwerken, gemaakt van hout en piepschuim,  te vinden zijn.  Deze worden op de laatste dag van het festival in brand gestoken. Het is een soort competitie tussen de wijken in Valencia wie de creatiefste ‘Falla’  en het grootste vuur kan maken. Alle Valencianen leven hier het hele jaar naar toe, en nu is dit grote feest dan toch écht begonnen.

Ieder jaar wordt het feest geopend door ‘La Crida’ zoals ze dat noemen. Dit is een uitnodiging voor iedereen om naar Valencia te komen om samen dit grote feest te vieren. Ook ik was natuurlijk van de partij. Mijn vrienden en ik gingen ruim op tijd, dachten we, op naar de Torres de Serranos waar de opening plaats vond. Maar niets bleek echter minder waar. Want toen we 1,5 uur voor de opening aan kwamen, zag het al zwart van de mensen. Eenmaal door de mensenmassa heen gewurmd te zijn en een goed plekje bemachtigd te hebben, bleven er maar hordes mensen aankomen. Op een gegeven moment kon ik niet meer voor of achter uit, ik stond klem tussen de Spanjaarden. Ik heb, echt waar, nog nooit zó veel mensen bij elkaar gezien.

Het wachten tot de grote opening was alles behalve saai. Er werd gedanst en een hoop muziek gemaakt. Bijna elke wijk in Valencia heeft zijn eigen Fallas groep. Deze groepen kwamen in optochten inclusief muziekfanfare aan op het plein en maakten zeker de sfeer.
Rond acht uur begon de opening met een speech van de ‘Fallera mayor’ (de belangrijkste vrouw van het feest). Nadat ze haar eerste woorden; valencians i valencianes, ja estem en falles! had uitgesproken ging het hele plein uit z’n dak. Meer dan dit kon ik helaas niet van haar speech verstaan aangezien alles in het Valenciaans werd verteld. Het Valenciaans en Spaans kan een beetje vergeleken worden met het Nederlands en het Fries, je snapt er dus geen hol van. Maar één ding wist ik zeker, de Fallas zijn begonnen!
Na de speech begon de hele menigte te zingen en te zwaaien met de vlag van Valencia. Wat ik heel gaaf vond om te zien, want je kon de energie en trots van de Valencianen echt voelen! En natuurlijk, het kan ook niet anders, werd de avond afgesloten met een Mascleta (vuurwerkshow met alleen maar keiharde knallen) en prachtig siervuurwerk. Uiteindelijk kwamen de duizenden mensen langzaamaan in beweging en gingen feest vieren in de straten. Ik ging echter op weg naar huis om me op te laden voor de komende maand. Want vanaf nu is het feest!

Om jullie een kleine indruk te geven heb ik wat leuke feitjes opgezocht;
- De duurste Falla (kunstwerk wat uiteindelijk in brand wordt gestoken) heeft ooit wel eens meer dan een miljoen gekost.
- Valencia telt tijdens de slotweek (de derde week van maart) ruim 1 miljoen bezoekers.
- Afgelopen jaar werden er 1000000 led lampjes in één straat opgehangen speciaal voor de Fallas.
- De duurste Fallera outfit (prachtige traditionele jurken) kan oplopen tot wel €18000,-.
- Er wordt zo’n 600% meer gedronken tijdens de grote finale op 19 maart.
- Bij een Mascleta wordt er rond de 240 kilo aan kruit de lucht in geschoten.

Laat de rest van deze feestmaand maar komen!

Mercadona, the place to be

Boodschappen doen is al een hele workout op zich, maar in de Mercadona bij mij in de straat is het nog net iets meer dan dat. Het is namelijk één groot doolhof. Mercadona is met zo’n 1612 filialen de grootste supermarktketen in Spanje. De Mercadona is daarom ook echt op élke hoek van de straat te vinden. Maar goed, een doolhof dus. Iedere zaterdag ga ik geheel voorbereid, inclusief lijstje en boodschappentas, op naar de supermarkt. Eenmaal binnen bedenk ik me iedere keer weer; dit is precies de reden waarom ik liever geen boodschappen doe. Ik kan namelijk nooit iets vinden hier! Je zou bijvoorbeeld denken dat de melk bij de yoghurt ligt, maar nee, dat ligt aan de andere kant van de winkel. En nadat ik 15 rondjes heb gelopen op zoek naar boterhamzakjes, werd het hoog tijd om het aan een medewerker te vragen. Er was alleen een klein probleempje, hoe leg je het woord boterhamzakje in godsnaam in het Spaans uit?! Gelukkig kom je met google afbeeldingen een heel eind ;) Toen ik ook gelijk vroeg waar ik paracetamol kon vinden, werd ik nogal uitgelachen. Dat verkopen ze hier in de supermarkt helemaal niet!

Daarnaast zijn er  nog wat ‘opmerkelijke’ dingentjes in de Mercadona te vinden. Ten eerste moet je niet raar opkijken als je speciale ‘kluisjes’ tegenkomt om je boodschappentrolley (ja, ik moest eerst even googelen of dit soort stoffen tassen op wieltjes ook een naam hebben) op slot te zetten. In Nederland hebben over het algemeen alleen omaatjes met een klein hondje zo’n tas bij zich. Hier is dat wel anders en loopt íedereen er mee.  Kinderen, oudjes of jongeren, het maakt allemaal niet uit.
Ook is de supermarkt een slager/viswinkel/Kruidvat in 1! Zo is er een afdeling waar je make-up, parfum en alles voor de uiterlijke verzorging kunt kopen. Maar ook een afdeling waar de Spaanse ‘jamones’ aan de muur hangen. Dit is dé typisch Spaanse ham die je voor ongeveer €90,- in zijn geheel kunt kopen. En er staat een viskraam in de winkel. Eigenlijk hoef je niet eens binnen te staan om dit te weten, want die lucht kun je al van veraf ruiken. Ik krijg iedere keer weer een rilling over mijn rug wanneer ik er langs loop en aangestaard word door zo’n grote glibberige dode vis…
Tot slot zijn er natuurlijk de caissières. Alles in Spanje gaat rustig aan, maar de caissières kunnen er ook wat van. Zo blijven ze schaamteloos nog even door kletsen met hun collega’s wanneer je al zo’n 5 minuten voor hun neus te wachten staat. Misschien is al dit geklets wel vrouweigen, dus bedacht ik me afgelopen zaterdag laat ik eens bij een mannelijke caissière afrekenen. Dat doe dus ik ook nooit meer.  Toen hij in het Valenciaans (waar ik overigens niks van versta) tegen mij begon te ratelen, moest de hele rij lachen. En hij nog het hardst! Sta je daar met je boodschappen én een knalrood hoofd…

Het 'ongezonde' Spaanse dagritme

Onlangs stond er een artikel in het AD over de Spaanse regering die af wil van het ‘ongezonde’ dagritme van de Spaanse kinderen. De kinderen hebben tot aan het eind van de middag school, eten ’s avonds erg laat en hebben hierdoor te weinig slaap volgens de regering. Spanje wil hier verandering in gaan brengen.

Zonder twijfel, de Spanjaarden zijn echte nachtbrakers. In Nederland zullen er bij mij enkele vraagtekens naar boven komen wanneer ik doordeweeks om 23.00 uur nog kinderen buiten op straat zie lopen. Hier is het inmiddels doodnormaal voor mij geworden. Eén van de oorzaken van dit dagritme zijn de etenstijden. Dit ‘probleem’ is al in de vorige eeuw ontstaan, tijdens de dictatuur van Franco. Na de Burgeroorlog hadden veel mannen namelijk twee verschillende banen op een dag. Hierdoor schoven de etenstijden zo’n twee uur op. Ondanks dat het tegenwoordig normaal is om 1 baan te hebben, zijn de etenstijden echter niet veranderd. Mocht je hier rond 13.00 uur, wat overigens een hele normale lunchtijd is in Nederland, in een restaurant willen lunchen, is de kans groot dat je voor een dichte deur komt te staan.  
Een andere oorzaak voor het ongezonde dagritme zou de primetime op de Spaanse televisie kunnen zijn. Zelf was ik laatst televisie aan het kijken toen er een reclamespotje voorbij kwam over een kinderfilm. ‘Aanstaande woensdag om 10 22.00 uur’ werd er gezegd. Om 22.00 uur?! dacht ik… De Nederlandse kinderen liggen op dat tijdstip allang in bed. Ik vroeg me af of dit normaal is hier, dus zocht ik de tv-gids op. En wat bleek, vrijwel alle populaire kinderprogramma’s beginnen pas later op de avond en duren tot middernacht!

Of de regering het ook echt voor elkaar krijgt om een verandering in dit dagritme te krijgen, dat is nog maar de vraag. Ik zie het namelijk niet gebeuren dat de Spanjaarden in de zomer al om zes uur aan tafel aanschuiven. Daar is het namelijk véél te warm voor. En of dit dagritme nou écht zo ongezond blijkt te zijn zoals er gezegd wordt, betwijfel ik… Uit onderzoek van het Europese statistiekbureau Eurostat is namelijk gebleken dat de Spanjaarden een gemiddelde levensverwachting hebben van 82,5 jaar, in tegenstelling tot de 81,1 jaar van de Nederlanders. Dus ondanks dit ‘ongezonde’ dagritme hebben ze in ieder geval wel 1,4 jaar langer om van het leven te genieten ;)